troosten
Het misbaar van de vrouwen is afstotend.
Aan jammerende vrouwen gaat alleman gauw voorbij.
Toch is er één iemand die naar hen hoort en ziet, iemand die hen recht in de ogen kijkt.
Vanuit lijden en eenzaamheid begrijpt Jezus de smart van de vrouwen, van bedroefde mensen.
Zijn eigen ellende is het beginpunt van mededogen en menselijkheid.
Jezus, hoe kon U uw blik richten buiten uw eigen ellende? Hebt Gij toch de kracht gehaald bij die Ander om op te kijken van onder uw kruis en te troosten? Gij hebt die Ander genoemd: “Abba, onze Vader”. Daarom hebt Gij ons leren bidden: “Onze Vader” en “Uw wil geschiede”. Woorden opdat wij ook kracht zouden putten bij die Ander die wij blijvend noemen: “Abba, onze Vader!”
TV