Op een familiesamenkomst werd gevraagd aan de genodigden dat ieder iets zou meebrengen om het feestmaal samen te stellen. Alles werd bij aankomst verzameld en later mooi uitgestald in buffetvorm. Ieder mocht naar hartenlust eten en nemen wat hem het meest beviel. Sommigen gaven de voorkeur aan hun eigen meegebrachte picknick, terwijl anderen zich tegoed deden aan al het lekkers. Na afloop van de samenkomst werd het overschot nog verdeeld over de aanwezigen.
Zou het in Jezus’ tijd misschien ook zo gegaan zijn? Misschien was het wonder van de drie broden en de twee vissen wel dat Jezus mensen zover had gekregen dat ze alles wat ze bij zich hadden gingen delen met hen die niets bij zich hadden.
Wat er precies gebeurd is, meer dan 2000 jaar geleden, zullen we nooit snappen. Maar we kunnen niet alles snappen. Anders zou geloven en blijven geloven wel heel gemakkelijk zijn.