Je-weet-wel-wat

Telefoon. Oudste dochter aan de lijn, een beetje lacherig, alhoewel. “Ik ben positief”, zegt ze. Ik probeer de angel uit het nieuws te halen. “Toch niet zwanger?”, plaag ik. Ze lacht schamper maar echt grappig vindt ze het niet.”Neen, je-weet-wel-wat”, antwoordt ze ongeduldig om zoveel onwil van mijn geest. En dat ze het eerder toevallig ontdekt heeft, op zoek naar een lekker geurtje voor haar lief, dat ze dus niet kon ruiken. Gevolg: alle lessen en plannen ondersteboven, inspectie van de neusholtes van ons hele gezin. De schade blijft gelukkig beperkt. Ik neem de rol op die mij het beste past: die van zorgende moeder, bezorgd, rustgevend, vertrouwvol en vertroetelend tegelijkertijd. Ook alle broers en zussen schakelen een versnelling hoger: de vuile was wordt opgehaald, propere kleren gebracht, mondvoorraad aangevuld. Berichtjes vliegen heen en weer, raambezoekjes georganiseerd. Met z’n allen zorgen we voor een warm en veilig gevoel. Het lukt ons: de beginnende paniek wordt in de kiem gesmoord. Het komt goed, mijn kind, het komt goed.

Thuis komen

Wat Johannes de Doper ons vandaag wil vertellen is vreugde: God komt eraan! Maak de weg voor Hem klaar. De komst van God bij de mensen, voor ons christenen, is een soort thuiskomst. De weg voor God bereiden is mensen laten thuiskomen, mensen zichzelf laten worden en zijn. Is zorg dragen voor mensen: voor kinderen die het slachtoffer zijn van mishandeling, voor jongeren die met zichzelf in de knoop liggen, voor zieken en gehandicapten. De weg voor God bereiden is ook vechten tegen alle moderne vormen van slavernij. Is ons laten inenten tegen corona en zo ervoor zorgen dat de ziekte niet nog meer verspreid wordt. Is solidair alle coronamaatregelen toepassen. Maar is eveneens zorgen voor de allerarmsten in onze samenleving.
Zo maken we plaats voor God in onze samenleving, in ons hart. Zo zal er plaats zijn – in de herberg – voor het goddelijk Kind dat met Kerstmis steeds opnieuw geboren wordt. Zo kan God thuiskomen…

Lichter

JÍJ maakt me transparanter,zachter, lichter,

mijn God.

Niet dat ikzelf dat zozeer heb gewild.

Sterker, groter, krachtiger wilde ik zijn.

Nu ben ik ouder, teerder, en voel me klein.

Maar JÍJ geeft me vleugels,

ontdoet me van mijn last.

De ballast afgeschud kan ik ver en lichter zijn.

Kortbij ben JIJ, je spreekt niet meer.

Je luistert, fluistert zachtjes mee

met mijn Liefdeslied voor JÓU en alleman.

Want Jij bezielt het groot heelal

maar kan ook zacht me op Je Schouders tillen.

Mag ik héél stil zo bij Je zijn.

Ik drink Jouw Liefdesdronk.

Het is wel mooi om zo voor JÓU

transparant te zijn…

Mieke

Ik zie je graag

Ik zie je graag.

Een warme zin,

eenvoudige woorden.

Toch blijken dit vaak woorden

die niet gezegd worden.

Onlangs was ik zelf aangenaam verrast

deze woorden te ontvangen

van een persoon

die niet tot “de familie” behoort.

Ze kwamen recht uit zijn hart,

vonden vrijelijk hun weg in het mijne.

Hij is dan ook mijn “ware” broer.

Want broers en zussen,

zijn we dat niet allemaal van mekaar?

Lieve broers en zussen,

ik zie je graag….